Koninklijke Villa Te Koop In Lucca

De Villa Reale van Marlia staat in Toscane, in het gelijknamige dorpje van de gemeente Capannori, en is een van de beroemdste historische villa's in de omgeving van Lucca. Deze luxe villa in Lucca omgeven door een groot park, is het resultaat van verschillende ingrepen van de eigenaars in de afgelopen eeuwen. Reeds in de Lombardische periode (IX eeuw) bestond er een fort bewoond door de Hertog van Tuscia. Deze werd opgevolgd door de rijke aristocratische familie Orsetti die het paleis uitbreidde en vernieuwde. Zij creëerden een prachtige barokke tuin met fonteinen, nimfen, waterbassins en standbeelden waar veel van bewaard is gebleven. Aan de familie Orsetti is ook de constructie van het gebouw Dell’Orologio (Gebouw met het uurwerk) te danken. In 1806 werd de villa eigendom van Elisa Bonaparte, Napoleon’s zus, die de aangrenzende Villa del Vescovo (Villa van de Bisschop) met landerijen kocht en zo de omvang van het complex verdubbelde.

Het park van deze villa in Toscane werd vervolgens in Engelse stijl herbouwd en er werden vele nieuwe planten en bomen uit het koninklijke park van Napels geplant. Ook werd de residentie van de familie Orsetti door de architecten Giovanni Lazzerini en P.T. Bienaimè gerenoveerd: van een late Renaissance-stijl naar een neo-klassieke stijl. Het interieur werd aangepast met de hulp van Italiaanse schilders zoals Tofanelli, auteur van het fresco ‘Danza delle Ore’ (Dans van de Uren), dat bewaard is gebleven in de grote balzaal op de begane grond. Belangrijke gasten werden uitgenodigd om het hofleven op te fleuren, zoals Niccolò Paganini en Metternich. Vermeldenswaard was de première van Racine’s Phaedra in het openluchttheater van de villa. 

Nadat de Bonapartes verdreven waren door de Britten, viel de koninklijke villa in handen van de Bourbons: de villa werd nu verfraaid in opdracht van koningin Maria Luisa met een koffiehuis en het astronomisch observatorium van Lucca, wat helaas onvoltooid bleef.

Sinds 1928 behoort deze prestigieuze Toscaanse Villa aan de familie Pecci-Blunt, die heeft toegezien op het onderhoud en de restauratiewerkzaamheden.